Brachycephaal Obstructief Syndroom
(BOS)

BOS staat voor Brachycephaal Obstructief Syndroom. Dit syndroom komt voor bij kortsnuitige honden die door menselijke selectie naar kortere neuzen zijn gefokt. De Franse en Engelse Bulldog, Mopshond, Pekinees en Shih-Tzu zijn de meest bekende brachycephale hondenrassen. Maar ook de Cavalier King Charles Spaniel, Staffordshire Bull Terrier en Bordeaux dog kunnen belast zijn met dit syndroom, maar dit komt vaak voor bij deze rassen.

Waarom zijn alleen bepaalde rassen belast?

De bovenstaande rassen met korte snuiten hebben een compactere lichaamsbouw, maar wel met de normale hoeveelheid huid wat een aantal misvormingen met zich meebrengt. Denk maar aan hun korte krulstaart, kortere neus en poten wat ze compacter maakt. Maar ze hebben duidelijk 'teveel' huid met de typische huidplooien. 

null

Een zelfde overvloed aan plooien is ook aanwezig aan de binnenzijde van het lichaam wat leidt tot obstructies van hun luchtwegen. De neusgaten zijn bijna helemaal afgesloten door de neusvleugels. Bijkomend zijn de neusschelpen in de neus, wat er voor zorgt dat de honden zo goed kunnen ruiken, bij deze rassen als een accordeon in de korte neus 'gepropt'. Dit zorgt er voor dat lucht bij inademen via de neus veel meer weerstand ondervindt. Ook is het zachte gehemelte, dat net voor de luchtpijp zit, te lang en verdikt.  Dit zorgt voor een obstructie of blokkade achterin de keel en geeft het typisch snurkende geluid wanneer ze ademen.
Kortsnuitige honden compenseren deze obstructies door harder in te ademen wat een grotere negatieve druk creëert in hun keel, nek en borstkas. Deze negatieve druk zorgt voor bijkomende ademhalings- en maagdarmklachten. Bij iedere ademhaling wordt maagzuur in de slokdarm gezogen, wat weer slokdarmletsels veroorzaakt. Dit is een van de redenen waarom deze rassen frequenter regurgiteren en of braken.

null

Deze neusgaten zijn bijna helemaal afgesloten door de neusvleugels.

null
Het zachte gehemelte is dermate lang dat het de ingang van de luchtpijp helemaal blokkeert. Ook zijn, door een verhoogde negatieve druk, de amandelen uit hun holtes gezogen.

Symptomen

Alle kortsnuitige honden hebben tot op zekere hoogte last van het syndroom. De ene is meer aangetast dan de andere. De honden die meer zijn aangetast zullen ademhalingsproblemen vertonen. Dit kan variëren van  luid en snel hijgen tot een kortdurende bewusteloosheid bij matige inspanning. Hun slaap zal, net zoals bij mensen met slaapapneu, vaak van slechte kwaliteit zijn. Ze dommelen oppervlakkig in tot ze slapen en worden weer half stikkend terug wakker. Vaak hebben deze hond een  chronisch slaaptekort.
Zoals bovenvermeld zuigen ze ook maagzuur in de slokdarm op door de verhoogde negatieve druk in de borstkas. Ze gaan vaak geeuwen, plots water of eten oprispen of braken. Het is belangrijk om te weten dat het sterke knorrende geluid bij ademen, wat vaak als normaal wordt aanzien bij deze rassen, vaak niet zonder gevolgen blijft.


Diagnose

Dit is in eerste instantie klinisch, gebaseerd op de symptomen en het type ademhalingsgeluiden. Aanvullend onderzoek is nodig om een indruk te krijgen van het zachte gehemelte, de keel en het strottenhoofd. Dit gebeurt via een keelinspectie onder algemene anesthesie. Vaak gebeurt dit vlak voor de operatie. Daarbij wordt gelet op de lengte en dikte van het zachte gehemelte, amandelen, vorm van het strottenhoofd en eventuele eversie of het 'naar buiten komen' van de zogenaamde 'valse stembanden'. 

Daarbij wordt een classificatie opgemaakt op basis van de ergheid van de verzwakking van het strottenhoofd.
- Graad I collaps --> de zakjes van de klieren net achter de stembanden (de valse stembanden) zijn naar buiten gezogen door de negatieve druk. - Graad II collaps --> er is al een verzwakking van het onderste gedeelte van het kraakbeen van het strottenhoofd.
- Graad III collaps --> zowel het onderste als het bovenste gedeelte van het strottenhoofd heeft een kraakbeenverzwakking.

Als deze kraakbeenverzwakkingen aanwezig zijn, kan dit niet meer teruggedraaid worden. Vroeger werden bepaalde chirurgische technieken toegepast om te proberen dit te herstellen maar de resultaten zijn teleurstellend. Het enige wat nog een optie kan zijn, is een permanente opening in de luchtpijp in de nekregio.
Het komt er eigenlijk op neer om een verdere graad van collaps te proberen te voorkomen met chirurgische correctie.
Bijkomend kan een röntgenfoto van  de borstkas overwogen worden om een longontsteking, een te kleine luchtpijp of een breuk aan het middenrif in beeld te brengen. Met een CT-scan of een rhinoscopie kunnen de neusschelpen onderzocht worden. 

Behandeling

Aangezien de meeste problemen afkomstig zijn van de bovenste luchtwegen ligt de eerste focus op het verwijden van de luchtwegen. Dit wordt gerealiseerd door chirurgisch de neusopeningen te verbreden en het zacht gehemelte in te korten. Soms moeten de sacculi (soms wel valse stembanden genoemd) verwijderd worden als deze uit hun normale positie gezogen worden. De meeste honden die een chirurgische correctie hebben ondergaan, zullen voldoende en langdurig verbeteren zodat ze geen bijkomende chirurgische ingreep voor hun luchtwegen zullen nodig hebben. Desalniettemin, zal bij een kleine groep het strottenhoofd toch verder dichtklappen en zal verdere behandeling nodig zijn.


Complicaties

Hoesten en kokhalzen komen frequent voor na de operatie maar verdwijnen meestal spontaan. Bijkomend weten we dat deze rassen gevoeliger zijn voor het ontwikkelen van een longontsteking. Het ontwaken na de operatie is een kritisch moment bij de deze rassen. Soms ontstaat er weefselzwelling wat het ademen moeilijk of onmogelijk maakt. Dan moet er een tijdelijke opening worden gecreëerd in de nek tot in de luchtpijp tot de zwelling verdwenen is. 
Een bloeding, een infectie en het loskomen van de hechtingen zijn zeldzaam beschreven complicaties. Het ontstaan van overmatig littekenweefsel wordt uitzonderlijk ervaren. Indien het kraakbeen van het strottenhoofd dermate slap is geworden zal het inkorten van het zacht gehemelte onvoldoende effect hebben. Een permanente opening in de nek tot aan de luchtpijp kan de enige oplossing zijn.

Prognose

De prognose is goed voor patiënten die een BOS operatie hebben ondergaan. Ongeveer 95% van de geopereerde honden verbeteren na chirurgie. Alles hangt natuurlijk ook af van de situatie voor de operatie. Hoe erger de graad van collaps, hoe minder verbetering er zal optreden. Het uiteindelijke doel van de operatie is de luchtweg meer open te zetten en het verder dichtklappen van het strottenhoofd proberen te voorkomen. We weten we dat ze gevoeliger zijn voor het ontwikkelen van een aspiratiepneumonie of een longontsteking.
Zelfs de honden zonder klinische symptomen voor de operatie, moeten minder inspanning leveren voor te ademen na de operatie, wat hun levenskwaliteit verbeterd. De meeste honden hebben een beter uithoudingsvermogen en kunnen beter tegen de warmte na de operatie in vergelijking met daarvoor. Ze snurken minder luid, hebben minder maag-darmklachten en slapen dieper. 


Tarieven

- Correctie van de neusgaten € 300,00

- Correctie van de neusgaten en inkorten van het zacht gehemelte € 750,00

- Correctie van de neusgaten, inkorten van het zacht gehemelte en verwijderen van de valse stembanden € 800,00


De tarieven zijn exclusief een intake consult, herhalings- en/of controle consult.
Prijswijzigingen onder voorbehoud.


Nazorg

Een operatie is een ingrijpende gebeurtenis voor de patiënt, maar ook voor de eigenaar. Waar moet u nadien allemaal op letten en hoe zorgt u ervoor dat wond optimaal kan genezen?
Wij leggen het graag aan u uit.